maandag 16 december 2013

De kracht van een bewust alleenstaande moeder

Dit is het verhaal van Cindy’s snelle bevalling zonder medisch ingrijpen. Omdat Cindy een alleenstaande vrouw is, had ze een doula gevraagd om haar bij te staan.

De vliezen waren ‘s nachts gebroken en de weeën waren al flink op gang gekomen. Op het moment dat de verloskundige en ik binnenkwamen, bleek Cindy al veel verder te zijn dan ze dacht. Met 8 centimeter ontsluiting zijn we zo snel mogelijk vertrokken naar het ziekenhuis.
In de auto heb ik Cindy geholpen met ademen. Ze was de draad behoorlijk kwijt en neigde naar hyperventileren, maar met mijn tips lukte het haar weer te ontspannen. Daarna kon ze de heftige impact van de weeën veel beter aan.
Na een spannende rit door de ochtendspits bleek ze in het ziekenhuis al volledige ontsluiting te hebben. Enigszins overrompeld mocht ze meteen gaan persen. Eerst op het bed en later op de baarkruk met mij achter haar. Ze vond het heerlijk om tussen de persweeën door helemaal tegen mij aan te kunnen hangen en zich zo op te kunnen laden voor de volgende wee.
Tijdens het persen was ik er voor haar zodat ze vol op mij kon leunen. Toen ik merkte dat ze mijn fysieke ondersteuning steeds minder nodig had, heb ik haar letterlijk steeds meer losgelaten. Het was indrukwekkend om te zien dat deze vrouw, die er op eigen kracht voor gekozen heeft een kind te krijgen, nu ook op eigen kracht haar kind op de wereld ging zetten. Ze vond het heftig en overweldigend maar ze heeft fantastisch volgehouden, met als resultaat een gezonde dochter in haar armen.

Vlak na de geboorte was er heel even paniek vanwege een onverwachtse bloeding. Er gebeurde van alles, doeken werden verschoond, de navelstreng werd met spoed doorgeknipt door de verloskundige, er werd op Cindy’s buik geduwd en de placenta werd met kracht naar buiten getrokken. Ik ben zo gaan staan dat Cindy geen zicht had op deze gebeurtenissen. Ik heb met al mijn overtuiging Cindy’s aandacht op de paar minuten oude baby gericht: "Kijk nou wat een mooi meisje, kijk eens naar al dat huidsmeer, en kijk eens wat een boel haar!"
Gelukkig stopte de bloeding al snel, en konden moeder en dochter na een nachtje uitrusten gezond naar huis. Toen ik tijdens de kraamvisite vroeg hoe ze terug keek op de bloeding, zei ze kalm maar verbaasd: "Bloeding? Welke bloeding?".

We zien elkaar weer wanneer haar dochter een maand oud is. Dan bespreken we samen hoe zij en ik de bevalling ervaren hebben. Ze krijgt dan ook een door mij geschreven geboorteverhaal met foto's. Een uitgebreid verslag van 12 bladzijdes waarin ze zelfs de kleinste details terug kan lezen over de bevalling.
Een mooi document dat kan helpen deze indrukwekkende gebeurtenis te verwerken. En een mooi boekje waarin haar dochter later wellicht zal lezen hoe haar moeder met zo veel kracht en uithoudingsvermogen dit meisje op de wereld heeft gezet.

Maaike Rijnsburger
www.doulautrecht.nl

vrijdag 29 november 2013

In je BRAIN, uit je brain!

Stel je voor... al een paar uur ben je je aan het voorbereiden op de geboorte van je kind. De golven van de weeën komen en gaan en brengen je lichaam in beweging. De lichten in je huis staan zacht, je lievelingsmuziek staat aan en je partner en je doula vormen samen een goed support-team. Voor je gevoel gaat alles goed en voelt het prettig. Je hebt een ritme gevonden en je hebt je terug getrokken in jezelf. 

Ergens in deze “flow” kan een verandering plaatsvinden of kan er een keuze van je gevraagd worden. Of soms heb je gewoon meer duidelijkheid nodig over iets wat zich voordoet. De verloskundige stelt bijvoorbeeld voor om de vliezen te breken of ze geeft aan dat het toch misschien verstandiger is naar het ziekenhuis te gaan omdat je weeën niet krachtig genoeg zijn. Op zo'n moment gebeurt er van alles tegelijk terwijl je daarnet nog zo lekker in je bubbel zat! Wat kan je dan doen om in een korte tijd zo duidelijk mogelijk voldoende informatie te krijgen?   

In de voorgesprekken met de ouders tijdens de zwangerschap bespreken we voor dit soort situaties altijd het BRAIN-model, een handig hulpmiddel om snel helderheid te krijgen en de juiste vragen te stellen. Alleen het woordje “brain” zeggen tijdens de bevalling is voldoende en de moeder of haar partner weten wat ik bedoel. De B staat voor het Engelse “benefits”. Wat zijn de voordelen van deze beslissing of handeling? De R staat voor “risico”. Zijn er risico’s aan verbonden? Zo ja, welke dan? De A staat voor “alternatieven”. Zijn er ook andere manieren die ik nog kan proberen? De I geeft je “intuïtie” weer. Wat zegt je gevoel? En tenslotte de N, die staat voor “niets”. Wat gebeurt er als ik niets doe? 

Naast de snelle manier waarop je zo veel informatie krijgt, kan het er ook voor zorgen dat je beter begrijpt waarom een bepaalde handeling nodig is of waarom juist die keuze wordt voorgesteld. Of er ontstaat ruimte om het geboorteproces nog even de tijd te geven. Door je begrip en door je betrokkenheid heb je dan ook minder het gevoel dat de situatie je overvalt en je voelt je “steviger”. Ik denk dat dit van grote waarde is bij de verwerking van zo'n bijzondere gebeurtenis als de geboorte van je kind. Een situatie die je toch niet zo heel vaak in je leven zult meemaken maar die je zeker nooit vergeet! 

Liefs, Marlies

vrijdag 8 november 2013

Rust

Eventjes slapen tijdens je bevalling. Dat is waarschijnlijk niet het eerste beeld dat bij je opkomt als je je afvraagt hoe de bevalling nou toch zal gaan. Het strookt immers vast niet met de meeste bevallingsverhalen die jou tot nog toe ter ore zijn gekomen. En daarom staat het mogelijk ook (nog) niet genoteerd als een van je wensen op je bevallingsplan.

En toch kan het: eventjes slapen tijdens je bevalling. Sterker nog: het moet!

Je hoeft namelijk niet meteen te gaan klokken zodra de weeën zijn begonnen. Dat is echt hartstikke zonde van de energie, en jaagt enkel het adrenalinepeil omhoog (hetgeen het baringsproces allesbehalve stimuleert). Probeer dus liever nog even wat te slapen of anders in ieder geval nog wat te rusten. Vanuit rust kan je lichaam zich immers het allerbest voorbereiden op de bevalling die nog komen gaat. En een goede start is daarbij echt het halve werk.

En als de bevalling daarna in volle gang is, dan komt er vaak een moment dat de weeën het eventjes lijken af te laten weten. Niets is minder waar. Het proces is niet gestagneerd, maar pauzeert juist even om daarna met hernieuwde kracht de eindsprint in te kunnen zetten. Precies zo heeft Moedertje Natuur het voor je bedacht! Daar moet je dus vooral van weten te genieten (in plaats van je er zorgen over te maken of je weeën-opwekkers aan te laten praten). In het Engels heet dit niet voor niets de “rest and be thankful phase”. Geef jezelf er maar aan over en val gerust even in slaap. Even heerlijk uitrusten van wat je lijf al heeft gepresteerd tot nog toe. Even één zijn met de stilte voordat je over een poosje ineens met een kersvers kindje in je armen ligt.

Een van mijn taken als doula is om ervoor te zorgen dat (aanstaande) ouders ook tijdens het baringsproces hun rust blijven nemen. En als ik ergens trots op ben, dan is het wel op het feit dat het me tot nog toe vrijwel altijd is gelukt om ‘mijn’ koppels inderdaad even lekker in te stoppen. Even de oogjes dicht en de snaveltjes toe, niet alleen de mama’s, maar ook de papa’s!
Lucebert bemerkte niet voor niets: “Rust is het geheim van de strijders”.

woensdag 30 oktober 2013

Een doula bevalt..

Met ons derde kindje op komst dacht ik na over de bevalling en ik wist, dit keer gaan we het weer anders doen. De vorige bevalling had ik volledig het hoe en wat bepaald omdat zowel mijn man als ik vonden ‘dat ik het uiteindelijk moest doen’ en had ik vrijwel volledig de bevalling zoals ik die had gepland. Deze zwangerschap zou de laatste zijn en ik wilde mijn man Onno er nu juist volledig bij betrekken. Juist omdat ik zelf doula ben en dus ook aan die kant heb gestaan, wist ik dat een doula echt kan helpen om een stel het vertrouwen te geven het helemaal samen te durven doen.

De gesprekken vooraf gaven ons de motivatie en gelegenheid om er rustig voor te gaan zitten en echt te praten over hoe we tegen de bevalling aankeken. Mijn man deelde waar hij tegenop zag. Dat was voornamelijk het opzetten van het bad en de verantwoordelijkheid van het eventueel aanpakken van de baby, wat hij wel graag als zijn aandeel zou zien. We bleken beiden graag te willen dat hij mij volledig steunde. Onze doula, Sophie, speelde hier op in door ons te stimuleren van te voren samen bevalhoudingen te oefenen in het bevalbad en door Onno handvatten te geven qua massage technieken, tegendruk e.d.

Het geboorteplan werd echt iets van ons samen en toen de geboortedag van onze dochter aanbrak waren we blij dat we zo ontspannen konden zijn. Het zelfvertrouwen dat de voorbereidingen mijn man hadden gegeven maakte dat hij ook echt mijn rots in de branding kon zijn tijdens de weeënstorm die in de avond losbrak. Voor mij straalde hij kalmte uit en wist hij precies het juiste te doen en te zeggen om me er doorheen te slepen terwijl we wachtten op de vroedvrouw en doula. Toen deze vrouwen eenmaal binnenstapten had Onno alles al helemaal op orde en zat ik in het bevalbad en was ik dolgelukkig met het warme water en de tegendruk.

Ik had helemaal het gevoel dat we het samen deden en desondanks werd ik gesteund door het besef dat er extra steun van mijn doula zou zijn als dat nodig was. Dat er iemand was om het geven van tegendruk over te nemen toen hij moest plassen was heerlijk en ook al deed hij het toch beter, ik was niet in paniek dat hij heel even weg was. De extra hand om vast te houden bleek een hele grote steun toen Onno over mij heen stapte het bevalbad in om ons kindje aan te pakken. Het voelde heel even alsof mijn rots in de branding wegviel toen mijn man niet meer voor me zat, maar daar keek ik in de ogen van Sophie die nog steeds mijn hand vasthield en een bemoedigend kneepje gaf. Haar ogen leken ‘wauw, daar komt je kindje dan echt’ te zeggen en ik vond de moed om weer verder te persen.

Heerlijk om nog steeds een rustpunt voor me te hebben. Sophie straalde voortdurend rust en vertrouwen uit, zelfs toen ze met in haar andere vrije hand de zware camera een geboortefoto boven mijn hoofd probeerde te nemen. Heerlijk dat ik uiteindelijk niet alleen mijn wens had om het echt samen met mijn man te doen, maar ook nog mijn grote wens voor een paar mooie geboortefoto’s vervuld zag worden. Heerlijk, zo’n doula.

Doula/mama Farola

donderdag 24 oktober 2013

De prille mama en papa aan het woord

Over het nut en impact van de doula is veel te schrijven. Dit keer laat ik ouders aan het woord die ik heb begeleid. Want zij zijn uiteindelijk degenen waar het om draait. Het zijn reacties van binnenuit, die weergeven hoe zij de ondersteuning en aanwezigheid van de doula hebben ervaren.
Wanneer ik mijn man in de ogen keek, zag ik mijn angst en onzekerheid. Wanneer ik Gonny in haar ogen keek, zag ik rust en vertrouwen.
Door je aandacht, inzet en liefdevolle aanwezigheid kunnen we met een warm en gelukkig gevoel op een fijne bevalling terug kijken. En dat is onbetaalbaar.
Het verschil tussen een verloskundige en een doula is, dat een doula geen eigen agenda heeft. Je bent er helemaal voor mij en dat voelt heel veilig
Ik voelde me getroost met de gedachte dat ik het niet alleen hoefde te doen. En gelukkig zag mijn man het ook helemaal met jou zitten.
Je kunt mensen op heel belangrijke momenten iets heel moois mee geven en dat is goud waard.
Mijn man moest nog overtuigd worden van het nut van een doula. Maar na ons eerste gesprek was hij zelfs meer overtuigd dan ik.
Jij gaf me het vertrouwen dat ik naar mijn lijf mocht luisteren.
De kracht, rust en het vertrouwen dat de doula doorgaf beschouw ik als heel bijzonder, fijn en waardevol.
Mijn partner leek het een goed idee een bevallingscoach in te schakelen, zodat hij de geboorte van zijn zoons op zijn eigen manier kon beleven.
Gonny heeft veel betekend in het laten zien van de mogelijkheden die we hadden bij een geplande keizersnee.
Na maandenlang zonder vertrouwen naar de bevalling te hebben toegeleefd, vond ik de kracht in mezelf weer terug na een gesprek met de doula. Ik voelde me serieus genomen.
Omdat jij er bij was konden we het zelf.
We raakten in paniek, want het ging opeens razendsnel. Door je geruststellende woorden en uitstraling kwamen we weer tot onszelf en is ons kindje rustig geboren.
Tot zover. Wat zal ik hier zelf nog aan toevoegen? Niets, lijkt me. De reacties spreken voor zich. Smaakt dit naar meer, dan vind je op mijn website vele ervaringsverhalen van mama’s én papa’s die met een doula bevallen zijn. Veel leesplezier en inspiratie toegewenst.

Gonny Cappers

maandag 21 oktober 2013

Ziek of gezond?

Na een fikse operatie sta je tegenwoordig soms dezelfde dag alweer op straat. Ze kunnen je niet snel genoeg het ziekenhuis uit werken en als het maar even kan word je door de huisarts of praktijkassistent behandeld. Behalve als je moet bevallen, dan wordt er juist alles aan gedaan om je in het ziekenhuis te krijgen.

Een al wat ouder bericht uit de NRC werpt een vraag op die ik mezelf al eerder stelde: waarom behandelen we in Nederland zwangerschap en bevalling als gevaarlijke ziektes? Drie Maastrichtse wetenschappers op het gebied van de verloskunde constateren dat veel chronische zieken tegenwoordig buiten het ziekenhuis worden behandeld, terwijl de zorg bij zwangerschap en geboorte zich juist verplaatst van buiten naar binnen de ziekenhuismuren. Zo, zeggen ze, komen zwangeren van 'gezondenland' terecht in 'ziekenland'.

Net als de huisarts kan je verloskundige je voor onderzoek naar de specialist sturen. Maar ben je eenmaal bij de gynaecoloog geweest, dan is er geen weg terug, zoals bij andere specialisten. Je blijft nu onder gynaecologische controle en de kans is groot dat je ook in het ziekenhuis zult bevallen. In 'ziekenland' is vooral oog voor afwijkingen en risico's. Daarom wordt er soms sneller medisch ingegrepen dan strikt noodzakelijk is. Dat maakt de gezondheidszorg duurder en het versterkt het beeld dat kinderen krijgen riskant is, en dat je beter niet thuis kunt bevallen. Hoewel onderzoek uitwijst dat dat minstens even veilig is.

Een nare ziekte die wel negen maanden duurt en eindigt met een operatie. Je moet er voor naar de dokter, en naar het ziekenhuis. Je kan niet werken, moet met verlof of een beroep doen op je arbeidsongeschiktheidsverzekering. Je moet speciale supplementen slikken. Je mag bepaalde dingen niet eten. Steeds ligt de nadruk op wat je allemaal niet kan en mag, op kwaaltjes en op pijn. Dat verklaart misschien waarom sommige zwangere vrouwen hun verlof zo lang mogelijk uitstellen en op hun kraambed nog in de weer zijn met hun smartphone en laptop om toch maar vooral geen dag werk te missen. Logisch: zij willen niet voor ziek, zwak en misselijk aangezien worden (ook al voelen ze zich 's morgens misschien niet altijd even fit).

Maar je bent als zwangere helemaal niet ziek, je bent eigenlijk méér dan gezond! Je bent gezond voor twee, en zelfs gezond voor de hele mensheid. Je bent bezig met het leveren van een enorme prestatie: het bouwen van een nieuwe wereldburger. Zie het als een vorm van topsport, waarvoor je fysiek en mentaal in optimale conditie moet zijn. Natuurlijk heb je goede ondersteuning nodig van je begeleidingsteam. En daar hebben ze in het ziekenhuis nu juist weinig kaas van gegeten.

dinsdag 15 oktober 2013

Gelijkwaardige kennis


Afgelopen week heb ik een presentatie mogen houden op het symposium ‘Client centered care’ in Rotterdam; er waren veel studenten verloskunde en ook verloskundigen en docenten.

Een van de kernboodschappen die ik mee wilde geven aan het publiek, was dat de moeder een kennis heeft van haar eigen lichaam die een zorgverlener nooit kan hebben, en die niet te meten valt van buitenaf. Hetzelfde geldt voor het contact dat zij met haar baby heeft. Deze kennis is gelijkwaardig aan de kennis die de zorgverlener heeft. Niet hetzelfde. Gelijkwaardig. 

Deze kennis kan (en zou moeten!) aangewend worden in de zwangerschap en bevalling, als bron van informatie, juist ook voor de zorgverlener die naast haar staat. Ik zag velen geïnteresseerd of zelfs instemmend knikken. Daarnaast kwam er ook verzet. ‘De vrouw bevalt maar één of twee keer, ik heb honderden bevallingen begeleid. Zij kan daarmee geen expert zijn, ik ben dat wel. Bovendien kan zij pathologie niet voorspellen of onderscheiden, dat kan ik wel.’

Waarom toch die weerstand? Wat ligt daaraan ten grondslag? Wat maakt het zo eng om van de kracht en wijsheid van de vrouw uit te gaan? Waarom wil de zorgverlener het zo graag het beste weten?

Als doula zijn we in principe opgeleid om te luisteren, te vragen, informatie te geven, af te stemmen met de vrouw, en haar te volgen in haar keuzes. Maar misschien gebeurt mij dit als doula ook - het beter willen/denken te weten dan de vrouw zelf. De hand in eigen boezem is het meest interessant – zelfreflectie siert de mens!

Vorig jaar was ik bij een badbevalling, derde kindje. Vroedvrouw was onderweg maar nog niet ter plaatse. Het ging heel erg snel. Het hoofdje werd geboren. Opeens voelde ik spanning, mijn hart sneller kloppen. De moeder zat heel diep gehurkt in het bad. Ik kon niets zien (waarom moest ik iets zien?). Ik vroeg: gaat het goed, heeft de baby ruimte genoeg? Moeder zei, ongeduldig, ‘met de baby is alles goed’. Tijdens de wee gebeurde er niets. Dan zegt de moeder: ‘argh, hij beweegt zo’. Ik suggereer dat ze toch even wat ruimte maakt. Ze gaat op handen en knieen; bij de volgende wee wordt de baby geboren. De vroedvrouw is direct daarna aanwezig.

Als ik hier op reflecteer: ik had toch de neiging om te sturen, iets te doen. Terwijl ik hier niet eens voor opgeleid ben! Bovendien ging het tot die tijd heel voorspoedig. De moeder geeft duidelijk aan dat alles goed is met de baby. Ja, het duurde wat lang, maar was dat erg? Zoals ik het nu zie, had het met mijn gevoel van onzekerheid te maken, of het wel goed aan het gaan was. Het idee dat ik iets aan het proces moest toevoegen, het in goede banen leiden. Achteraf gezien zou je bijna zelfs kunnen zeggen dat mijn ‘interventie’ heeft bijgedragen. Maar is dat wel zo? Waarom kon ik niet gewoon mijn mond houden?

En kunnen we zeggen dat dit een algemeen menselijk kenmerk is: het bij willen dragen aan een goed verloop, (onbewust) invloed willen uitoefenen, om de ander te ondersteunen. En in geval van geboorte, te zorgen dat de baby goed wordt geboren. Als ik die neiging al heb, hoe zit dat dan met een zorgverlener die er voor opgeleid is om te interveniëren, bij te dragen; versterkt dat die neiging niet? En hoe vaak lijkt het dan alsof de interventie ervoor gezorgd heeft dat de baby goed geboren is?

En hoe angstig is een zorgverlener dat de baby niet goed geboren wordt? Als ik denk aan alle keren dat ik bij een bevalling ben geweest waar de vrouw luid wordt aangemoedigd te persen ‘ja drukken, drukken, drukken. Zo gaat het goed’, waar een zekere opwinding in de ruimte ontstaat ‘ik kan al haartjes zien’ ‘de baby is er bijna’ ‘nog eventjes’, en de baby in die ‘consternatie’ geboren wordt, waar gaat dat dan over? Kan het te maken hebben met dezelfde spanning die ik voelde bij het bad, het plotselinge sneller kloppen van mijn hart? Het magische en ook mystieke moment van geboorte, waar het leven geconcentreerd intens aanwezig is, wordt niet een ieder die erbij is daardoor aangeraakt, ook in de angst die met leven en dood gepaard gaat?

Enfin, ik heb er veel van geleerd. Ben ook blij dat ik als doula heel bewust bezig kan zijn met het níet interveniëren - want dat wordt doorgaans niet van mij verwacht; al kan ik nog wel meer voorbeelden aanhalen waar ik daar toch toe verleid werd...

Ik zie ernaar uit nog meer van de gelijkwaardigheid – en ik zou zelfs willen zeggen, de superioriteit - van de kennis van de vrouw uit te gaan, en dat mijn enige rol nog is een spiegel voor haar te zijn waarin zij haar eigen wijsheid weerkaatst ziet.

vrijdag 4 oktober 2013

Outside your comfort zone, that’s where the magic happens.

De commerciële kant van het doulavak is een gedeelte dat voor veel doula’s lastig is. Als doula ligt je kracht en je aandacht bij het ondersteunen van de zwangere en haar partner. Maar bij het hebben van een eigen bedrijf als doula hoort zeker ook die commerciële kant.

Als ik naar mezelf kijk dan spelen het schrijven van dit blog, een praatje houden voor een verloskundige kring, een interview in de krant of een voorlichtingspraatje in een ziekenhuis zich niet echt in mijn comfort zone af. Toch zijn het belangrijke dingen om te doen. Het geeft bekendheid aan het doulavak en laat de grote waarde ervan zien. Daarnaast, zeker niet onbelangrijk, groei je zelf ook door over je eigen drempels te stappen. Als je dan terug kijkt na een tijdje, zie je pas de grote sprong die je gemaakt hebt. En dat geeft een goed gevoel.

Zo is het eigenlijk ook een beetje bij een geboorte. Daar is het grootste aandachtspunt voor mij als doula, om het de moeder zo comfortabel mogelijk te maken op lichamelijk én emotioneel vlak bij deze gebeurtenis die zoveel verandert in haar leven. Alles wat zij nodig heeft om zich prettig te voelen gebruik ik daarbij. Wat belangrijk is tijdens een geboorte is dat het hormoon oxytocine rijkelijk vloeit. Over dit wonderlijke stofje alleen al zijn hele boeken geschreven en er is intensief onderzoek naar gedaan. Onmogelijk om dat hier allemaal te beschrijven maar wat mij steeds weer verbaast is dat juist dit stofje voor de haast magische sfeer zorgt die tijdens een geboorte kan ontstaan. Als de vrouw ontspannen kan blijven, zich veilig voelt en zich over durft te geven aan het ritme van haar lichaam en aan de weeën, zal ze oxytocine aanmaken, wat er vervolgens weer voor zorgt dat ze goede weeën heeft. Dat proces ondersteun je als doula op verschillende manieren.

Maar waar dit hormoon ook voor zorgt, is het enorme gevoel van verliefdheid en de grote verbondenheid die je voelt als je kindje geboren wordt. Terwijl zich iets enorms afspeelt in je lichaam dat echt al je aandacht opeist en dat kan razen als een storm, dan toch komt dat magische ogenblik. Dat moment waarop niets anders er meer toe doet, de wereld stil staat en je ademloos je kind in je armen houdt, precies op dát moment bereikt het oxytocineniveau een toppunt.

Uit recente onderzoeken blijkt ook dat dit stofje invloed heeft op hoe je je later in je leven met anderen verbindt en relaties aangaat. Er is nog veel wat niet algemeen bekend is over de invloed van dat hoge oxytocineniveau tijdens onze geboorte. ( Voor wie daar meer over wil weten kan het boek “The Hormone of Closeness: the Role of Oxytocin in Relationships van Dr. Kerstin Uvnas Moberg lezen.)

Het is bekend dat bij personen die gedurende het hele proces van bevallen onafgebroken bij de barende vrouw blijven, ook het oxytocineniveau stijgt. Hoe bijzonder is dat?! Ik merk dat zelf doordat ik na een geboorte nog dagen op wolkjes loop, niets kan onthouden en vergeetachtig ben, dingen uit mijn handen laat vallen, maar vooral merk ik het aan het gevoel dat ik van de hele wereld hou. In die “roes” kan ik me niet voorstellen dat ik ooit nog ruzie zal hebben of een nare opmerking zal maken en alles heeft een gouden glans. Waar gaat dat gevoel heen na een aantal dagen? Waar blijft dat? Zo mooi geregeld door de natuur maar wat zou het prachtig zijn als dat gevoel niet weg zou ebben en we dat altijd konden behouden. Ik geloof dat de wereld er dan heel anders zou uit zien… 

Liefs Marlies.  

maandag 23 september 2013

Blijf in beweging!

Mijn blog is dit keer meer een oproep aan alle zwangere vrouwen die hun uitgerekende datum zien naderen; blijf in beweging!

Jammer genoeg lijkt het tegenwoordig steeds vaker voor te komen dat een baby tijdens de bevalling nét niet helemaal goed in het bekken ligt met het hoofdje om voorspoedig geboren te worden. De ene keer heeft dat een langduriger ontsluitingsperiode tot gevolg, de andere keer een moeizamere persfase. Niet prettig! En voor een deel ook wellicht vermijdbaar.

Veel vrouwen weten al wel dat in beweging blijven tijdens de bevalling een positief effect heeft op de ligging en verdere indaling van de baby tijdens de ontsluitingsfase. De ontsluiting vordert hierdoor vlotter.
Maar wist je ook dat meer bewegen in de laatste weken voorafgaand aan de bevalling heel nuttig is en vervelende complicaties kan helpen vermijden? Het is echt zo!

In de laatste weken van de zwangerschap hebben veel vrouwen last van nesteldrang, zoals dat zo mooi heet. De babykleertjes moeten nog een keer gewassen worden, het huis moet gepoetst en de ramen gelapt. Die nesteldrang wordt gestuurd door hormonen en is zeer functioneel. Op die manier is je huis straks lekker schoon als de baby komt, dat is hygiënischer voor je kindje en handig voor jezelf. In de weken ná de bevalling zul je niet zo snel aan schoonmaken toekomen.
Maar er is nóg een functie; je bent als vrouw in beweging als je aan het schoonmaken bent. En als jij beweegt, dan beweegt ook de baby in je buik. Hierdoor geef jij je kleintje zoveel mogelijk de kans om op een goede manier in het bekken te gaan liggen en de juiste positie aan te nemen voor de bevalling!

Tegenwoordig besteden wij het schoonmaakwerk regelmatig uit aan een hulp én is het werk dat we doen veelal zittend, achter een computer. We krijgen niet zo gek veel beweging meer in ons dagelijks leven. En dat vertaalt zich in ons lijf. Dat zie je niet alleen terug op het gebied van bevallen, maar ook in bijvoorbeeld het toegenomen gewicht van veel mensen.

Terug naar mijn oproep: blijf bewegen in de laatste weken van je zwangerschap. Ook al wordt dat juist in díe periode zwaarder, doe het toch! Geef toe aan de nesteldrang en boen nog een de keukenvloer en lap de ramen. Laat dat niet aan iemand anders over. Of, als dat echt te zwaar voor je is, maak regelmatig een flinke wandeling of ga eens zwemmen. En kijk je 's avonds televisie? Dan liever niet onderuit gezakt op de bank hangend, maar meer rechtop en op een stoel. Je bewijst er jezelf én je kindje een dienst mee tijdens de bevalling!

zondag 15 september 2013

Wachten...

Ik vind het heerlijk om doula te zijn! Ik ontmoet bijzondere mensen op hun kwetsbaarst, ben erbij als nieuw leven wordt verwelkomd, en mag daar nadien nog over schrijven ook! Heerlijk!

Het enige dat ik niet leuk vind van mijn werk is dat eindeloze wachten. Wanneer zal ze gaan bevallen? Toch alsjeblieft niet net als ik dat uitje met de kinderen heb gepland? Ik ben er inmiddels wel aan gewend om altijd een plan B in mijn hoofd te hebben bij alles wat ik doe. Ik durf er zelfs een beetje op te vertrouwen dat ‘mijn’ kindjes niet geboren zullen worden op een moment dat het niet uitkomt.

Mijn wachten is dus lang niet zo zwaar als het gewacht van (aanstaande) ouders. Nachtenlang wordt er soms gepiekerd over van alles en nog wat. Hoe zal het gaan? Toch alsjeblieft niet op de verjaardag van die en die! En wat nou als…?

Angst kan het wachten ernstig veronaangenamen. Eigenlijk is er maar één basisangst, namelijk Hoe hou ik controle over mezelf? Ik zie ouders op verschillende manier omgaan met groeiende angsten naarmate de bevalling nadert. Sommigen proberen ze weg te stoppen en hopen dat ze er dan niet meer aan denken (met weinig kans op slagen!). Anderen proberen ze onder controle te krijgen door eindeloos te blijven piekeren over alle mogelijke rampscenario’s (waarop het kind zelf waarschijnlijk een nieuwe weet te verzinnen!).

De enige manier om met angst om te gaan is door het toe te laten. Emoties kunnen immers alleen maar groeien als ze er niet mogen zijn. Een doula kan je helpen van je hoofd naar je gevoel te gaan. Zij zal hier met je over praten, je laten beseffen dat je heus niet stoerder zou moeten zijn, je laten benoemen waar je nou precies zo bang voor bent, en achterhalen waar die angst vandaan komt.

Vrijwel alle angsten zijn herinneringen. De eerste vier jaar van je leven ben je een open boek, je schrijft alles op en dan stáát het er, voor de rest van je leven. Emoties kun je dus beschouwen als je innerlijk kind. En daar dient eerst naar te worden geluisterd, voordat je kan worden gerustgesteld. Accepteren en ruimte maken, letterlijk en figuurlijk.

Wedden dat dan nadien blijkt dat het al dat wachten beslist meer dan waard was!


maandag 9 september 2013

Hoogzwangere doula komt op voor wensen?

Eén van de dingen die ik als doula heel belangrijk vind, is dat de vrouw zich gehoord voelt tijdens de bevalling. Daarvoor moet ze ook zelf al haar wensen uitspreken of laten verwoorden door anderen. Dat dit niet zo makkelijk is als het lijkt, heb ik onlangs zelf ervaren.

Dat ik het lastig vind om voor mezelf op te komen kwam ik bij de 20 weken-echo al weer tegen. Ondanks dat dit mijn derde kindje is en ik inmiddels weet wat ik wil en veel vertrouwen heb in mijn lichaam, mijn bevalteam met zorg en aandacht gekozen heb en ze al mijn wensen kennen, blijkt het uitspreken als me iets dwars zit op dat moment toch nog lastig voor me. De echoscopiste duwde op mijn buik alsof het niets was. Ze deed me pijn omdat mijn kindje niet goed lag voor haar foto en in plaats van haar een halt toe te roepen vroeg ik mijn kindje te draaien (wat ze netjes deed). Mooi onderwerp van gesprek met mijn man en doula: ‘Help me herinneren dat ik een keuze heb en help me mijn stem te vinden’.

Dat dit ook tijdens de bevalling een uitdaging zou worden had ik dus wel verwacht, maar nu ook al ervaren. Ondanks dat mijn kindje er nu (37 weken en 5 dagen zwanger) nog niet is, heb ik namelijk al een voorproefje op de bevalling gehad.

Drie dagen geleden kreeg ik weeën. Nadat de contracties enige uren bezig waren en zodra mijn andere kinderen op bed lagen, werden deze heftiger en kwamen ze elke drie minuten. Eigenlijk waren ze nog steeds niet pijnlijk te noemen, maar wel intens. Om de verloskundige alvast te laten weten dat het mogelijk door zou zetten, liet ik mijn man bellen. Ik zei hem expliciet dat ik er nog niet echt behoefte aan had dat ze kwam, maar haar alleen wilde informeren. Toch zei ze hem dat ze wel even langs zou komen. Ook mijn doula wilden we informeren en ondanks dat ik mijn man vroeg om alleen een ‘heads up’-sms te sturen, belde hij haar en zei hij niet duidelijk dat ze nog niet hoefde te komen, dus ook zij zou drie kwartier later al voor de deur staan.
Ik liet me op dat moment eigenlijk overrulen en in plaats van mijn man te zeggen hen beiden terug te bellen en er nog even buiten te laten, gingen we samen alvast het bevalbad in (met een touwtje uit de voordeur) en hoopte ik dat ze nog lang wegbleven. Ach, zei ik tegen mezelf, het is de derde en ja, soms kan het dan heel snel gaan. Dus ik snapte de wens van de vroedvrouw om al te komen. En toch had ik mijn gevoel kunnen volgen en hen snel weer weg kunnen sturen. Na een uur goede weeën (om de drie minuten) zwakten deze al af naar elke vijf minuten en na drie uur viel het stil. Of dit was omdat ik me niet over kon geven aan de weeën en ze er voor mijn gevoel gewoon te vroeg waren? Ik weet het niet, maar de volgende keer zal ik toch zeggen wat ik echt wil.

En zo snap ik nu des te beter hoe moeilijk het voor vrouwen kan zijn om tijdens een bevalling te zeggen wat ze wel of niet willen. Mijn doula vertelde achteraf wel gevoeld te hebben dat het te veel was, maar ze wist ook niet of het toch niet ineens snel zou gaan. Mooie les voor haar en ook voor mij om als doula op je gevoel te vertrouwen en het gewoon te vragen als je denkt dat er iets is wat de vrouw je wil vertellen!

maandag 2 september 2013

Geld

 Een zwangere vrouw mailt me voor informatie over mijn douladiensten. Ze heeft vooral moeite met de kosten. Daar ligt in haar mail de nadruk op. Ze vertelt dat ze een kleine portemonnee heeft en vraagt zich af of ik weet of haar ziektekostenverzekering de doula (deels) dekt. En wat mijn financiële tegemoetkoming zou kunnen zijn om het voor haar mogelijk te maken om mij als doula bij haar bevalling te hebben.

Deze vraag komt vaker langs en mijn antwoord is altijd hetzelfde: ik lever elke zwangere dezelfde kwaliteit zorg en dat kost iedereen evenveel. Een vast pakket voor een vaste prijs, zodat je niet voor verrassingen komt te staan. Helder en rustgevend. Mijn prijs is zodanig, dat het geen onoverkomelijk bedrag is. Daarnaast vind ik het niet mijn taak om (mee te helpen) te zorgen dat mijn cliënt mij kan betalen. Een ziektekostenverzekering kun je zelf even bellen om te informeren of je in aanmerking komt voor een tegemoetkoming.

Een doula kost geld. En soms is dat voor zwangeren een belemmering om een doula in te huren. Als geld de hoofdrol speelt bij je overweging om wel/niet een doula in te huren, dan is dat voor mij een signaal dat een samenwerking er waarschijnlijk niet van zal komen. Ik wil graag weten waarom je een doula in wil schakelen. Waarom wens je een doula bij je bevalling? Wat kan ik toevoegen waardoor je met een gerust hart gaat bevallen? Dát is de basis van ons contact, niet de kosten. Het (zelf) betalen voor een doula draagt bovendien bij aan het nemen van eigen verantwoordelijkheid voor je bevallingservaring.

Wanneer je weet dat de begeleiding door een doula voor jou heel waardevol, zelfs essentieel is, dan wordt geld bijzaak. En het lost zich altijd op is mijn ervaring. Ik heb cliënten gehad die zelf (heel) weinig geld hadden. Maar het geld kwam er altijd. Bijvoorbeeld van familie die ging bijdragen. Of ze betaalden in termijnen. Elke maand een stukje van je inkomsten reserveren voor de betaling van de douladiensten. Het vraagt soms creativiteit en keuzes maken waar je het geld dat je hebt, aan besteedt. Een uitzondering maak ik voor vluchtelingen. Het siert een doula om dan gratis haar kennis, kunde, liefde en tijd aan te bieden.

Tot slot is het goed te weten, dat veel doulaklanten achteraf zeggen, dat mijn aanwezigheid en inbreng eigenlijk onbetaalbaar waren. Sommige zaken zijn niet in geld uit te drukken…

zaterdag 10 augustus 2013

Zomerblog

Daar zit je dan in het zonovergoten Zeeland op je vakantieadres. Precies acht dagen heb ik om uit te waaien tussen twee wachtperioden in. Acht dagen en wachtend op inspiratie om in deze dagen ook een blog te schrijven.
 
Gedachten aan de laatste geboorte waar ik als doula bij was deze week spoken door mijn hoofd. In het ziekenhuis waar deze geboorte plaatsvond is helaas maar een klein gedeelte van de nieuwe 'moeder- en babyvriendelijke keizersnede' overgenomen in het protocol (een ander onderwerp voor een volgend blog) De moeder wordt nu herenigd met haar pasgeboren baby en haar partner in de uitslaapkamer waar vervolgens het eerste contactuur plaatsvind. Geen kort moment van huid-op-huid contact bij mama op de operatiekamer en de baby verlaat met papa vrijwel meteen de ruimte. Als doula mag ik in dit ziekenhuis niet mee naar de operatiekamer (ook niet naar de uitslaapkamer overigens) maar wacht dan op de papa en de baby op de afdeling. Het kleine gezonde meisje huilt onbedaarlijk in de couveuse maar als we vragen of zij dan even bij papa huid-op-huid mag liggen mag dat niet omdat ze over een half uurtje naar de uitslaapkamer gaan waar mama op hen wacht... Een nieuw beleid, dat een verbetering zou moeten zijn, maar waardoor nu een pasgeboren meisje zonder aanraking drie kwartier ligt te huilen…

Ook denk ik aan wat er vaak gebeurt als ik met een groep meiden van de middelbare school werk. Als ik aan ze vraag of ze weten hoe een geboorte verloopt en hoe ze denken dat ze ooit zelf zullen bevallen, krijg ik van die soap-achtige verhalen te horen van gillende vrouwen, hulpeloos liggend in een bed, helse pijnen verdragend. Waarom is dat het heersende beeld onder jonge meiden, de toekomstige moeders? Zou er niet een tegengeluid kunnen komen vanuit de media dat laat zien dat het ook anders kan? Of op scholen: aparte meiden-voorlichtingslessen over allerlei vrouwendingen waaronder ook zwangerschap en geboorte? Ook een onderwerp voor een ander blog.

Ondertussen blader ik in het boek van Sarah Buckley: Gentle birth, gentle mothering. Mijn oog valt op wat zij schrijft over “overgave”. Loslaten of je overgeven aan iets heeft in onze westerse cultuur vaak geen positieve klank, schrijft ze. In plaats daarvan worden we aangemoedigd om vooral actief te zijn en ons leven onder controle te hebben. Deze houding kan ons ver brengen, maar in het geval van een geboorte kan een baby niet alleen op pure wilskracht geboren worden. Dan is het nodig je te begeven op het pad van de overgave. Is het ontbreken van vertrouwen in je lichaam - het vrouwelijke lichaam - de oorzaak van de moeilijkheid om tot overgave te komen? Als je zwanger bent wordt je wel erg overspoeld vanuit alle hoeken met alles wat maar mogelijk mis kan gaan tijdens de bevalling. We vergeten steeds vaker dat we deze bijzondere, natuurlijke kracht om te baren werkelijk zelf bezitten. Daarnaast zijn we ook de onvoorwaardelijke, voortdurende steun van een ervaren “geboortebewaakster” verloren. Een vertrouwde verloskundige, die continu bij je blijft, of een doula herinneren je eraan dat je zelfs genetisch gezien alle geboorten van de vrouwen tot ver terug in je familielijn in je draagt en dat je diep van binnen al weet hoe je het beste geboorte geeft aan je kind. Als je je overgeeft en de bewuste controle loslaat, komen je diepere innerlijke, natuurlijke ritmes aan de oppervlakte. Als je je over kunt geven aan de tijd die je lichaam nodig heeft om te bevallen, zonder op te willen schieten en zonder te snel in te grijpen, leer je je eigen natuurlijke ritme en dat van je baby te vertrouwen. Dat vertrouwen is ook een grote gift die je helpt in je moederschap en bij het zorgen voor je kind. Wat prachtig verwoord en goed geschreven. Heel veel informatie staat er in dit boek! Wel in het Engels, maar het is echt een aanrader, ook voor de eerste weken na de geboorte.

Ik heb me ook een beetje overgeven aan mijn gedachten, mijn prestatiedrang losgelaten en daaruit is dit “vakantieblog” ontstaan. Met zon en zee in mijn hoofd en ieder geval ideeën voor volgende schrijfsels en een hoop los zwevende gedachten die nog geboren mogen worden. 

Lieve zomergroet,

Marlies Phielix.

vrijdag 2 augustus 2013

Een nieuwe vorm van pijnbestrijding: de steriele waterinjectie

Als alles volgens plan verloopt, dan krijgen verloskundigen een dezer dagen het recht om waterinjecties te geven aan vrouwen die onder hun zorg bevallen en behoefte hebben aan pijnbestrijding. Een goede ontwikkeling, wat mij betreft.

Tot op heden moest je – als je behoefte had aan pijnbestrijding tijdens je bevalling – worden doorverwezen naar de gynaecoloog. Een verloskundige mag immers een bevalling waarbij gebruik wordt gemaakt van medische pijnbestrijding, zoals de ruggenprik,  niet begeleiden. Daar komt nu verandering in met de invoering van de steriele waterinjectie.

Het voordeel van de invoering van waterinjecties zit 'm voor mij hoofdzakelijk in twee dingen.
Het eerste voordeel is dat je er niet voor naar de gynaecoloog hoeft. Je bevalling wordt dus niet medisch, zoals wel het geval is bij het krijgen van een ruggenprik, een pethidine-injectie of bij gebruik van het remifentanil-pompje. Tot op heden waren dit de drie vormen van medische pijnbestrijding die er te krijgen waren in ons land. Bij de steriele waterinjecties mag je nog steeds thuis of poliklinisch bevallen, omdat je eigen verloskundige deze injecties kan geven. Níet aan de gynaecoloog worden overgedragen heeft vele voordelen, zoals meer rust en (mede daardoor) minder ingrepen tijdens de bevalling. Dit geldt zeker als je thuis gaat bevallen (*).
Het tweede voordeel is dat het een vorm van pijnbestrijding is die géén negatieve bijwerkingen heeft op de baby of op het verloop van je bevalling. Dit in tegenstelling tot alle vormen van pijnbestrijding die de gynaecoloog te bieden heeft! En –zeker zo belangrijk – de waterinjectie is een effectieve vorm van pijnbestrijding; onderzoek heeft uitgewezen dat de pijnbeleving die barende vrouwen aangeven meer dan de helft minder wordt.

Op het moment dat bekend werd dat de introductie van waterinjecties niet lang meer op zich zou laten wachten, kwamen echter de gynaecologen en anesthesiologen in het verweer. Snel lieten de beroepsorganisaties van deze specialisten weten dat zij betwijfelen of dit middel wel zo effectief zou zijn. Zij stellen dat er nog onvoldoende bewijs is, terwijl de injecties in landen als Zweden, Denemarken en Canada al jarenlang ingezet worden. En met het gewenste resultaat!
Opmerkelijk; net díe vorm van pijnbestrijding die een vrouw ‘uit hun handen’ kan houden, keuren zij af. Wat zit hierachter, kun je je afvragen. Zijn de gynaecologen en anesthesiologen misschien bang om de forse vergoedingen mis te lopen die zij krijgen op het moment dat een vrouw een vorm van pijnbestrijding krijgt waarvoor zíj verantwoordelijk zijn? Een ruggenprik kost immers het veelvoud van een waterinjectie.  Ik kan alleen maar gissen naar de redenen, maar ik vermoed dat ik er niet ver naast zit.

Vanuit mijn deskundigheid als doula ben ik van mening dat een vrouw een normale bevalling op eigen kracht, zonder welke vorm van pijnbestrijding dan ook, tot een goed einde kan brengen. Ook weet ik dat bij continue begeleiding tijdens de bevalling, zoals ik die bied, een vrouw in het algemeen géén behoefte heeft aan medische pijnbestrijding. Maar ik weet ook dat er zich dingen kunnen voordoen tijdens de bevalling die de behoefte aan pijnbestrijding doen ontstaan. Zeker bij vrouwen die niet door een doula worden gesteund. Deze vrouwen raad ik aan om de mogelijkheden van steriele waterinjecties te bespreken met hun verloskundige, zodat zij nog steeds kunnen bevallen zonder alle ‘toeters en bellen’ die er bij de gynaecoloog aan te pas komen!

Willeke Klerks
www.geboortecoaching.nl

(*) Op 14 juni 2013 werden de uitkomsten van een studie over dit onderwerp onder leiding van onderzoekers van de afdeling MidwiferyScience van VU Medisch Centrum bekend gemaakt en in het British Medical Journal gepubliceerd. Deze studie gaat met name in op het voordeel van thuis bevallen met je eigen verloskundige, wat leidt tot minder kans op ernstige complicaties tijdens de bevalling. Voor het volledige artikel in British Medical Journal klik hier

maandag 22 juli 2013

Geboortewensen: aanwinst of stoorzender

Sinds een aantal jaren is het opstellen van een geboorteplan in opkomst. Aanstaande ouders worden gestimuleerd om hun wensen ten aanzien van hun komende bevalling op papier te zetten. Handig en inzichtelijk voor zichzelf én voor diegene die aanwezig zal zijn tijdens de bevalling. Ondanks de goede bedoelingen is zo’n geboorteplan toch regelmatig de aanleiding tot frictie tussen zwangere en verloskundige of gynaecoloog. Dat kan beter.

Naam
Het woord “plan” suggereert dat je kunt en gaat plannen hoe een bevalling zal verlopen. Dat is natuurlijk niet waar. Wat voor iedereen wel gelijk is, zijn de fases van een bevalling. Je kunt bijvoorbeeld de ontsluiting niet overslaan. Maar in de uitvoering zijn er grote verschillen. En dat is volstrekt normaal. Een bevalling is niet te standaardiseren, al denken sommige mensen dat dat wel kan en zelfs wenselijk is. En door te gaan plannen versterk je die overtuiging.
Daarnaast heeft de term iets dwingends: ik plan en de ander zorgt maar dat hij zodanig meewerkt dat het precies zo uitgevoerd wordt. Zo kan het geboorteplan een bron van frictie, machtsspelletjes en onbegrip worden. Precies het omgekeerde waarvoor het bedacht en bedoeld is, namelijk begrip en inzicht kweken en opteren voor de mogelijkheden.
Daarom bij deze het voorstel om voortaan de term “geboortewensen” te gebruiken. Dat dekt meer de lading. Het haalt het planmatige eraf en versterkt het doel van het beschrevene, namelijk dat de hulpgever helder, vlot en duidelijk een beeld krijgt van degene met wie hij gaat samenwerken. Immers, hoe beter je iemands wensen kent, hoe effectiever en prettiger het contact is.

Doel en werking van de geboortewensen
Een vrouw weet van te voren niet hoe haar bevalling zal verlopen. Hoe lang het gaat duren, welke houdingen ze prettig zal vinden om de weeën mee op te vangen, hoe ze het moeder worden zal ervaren etc. Wat ze WEL weet, is wie ze nu is. Hoe ze reageert op stress. Wat ze kan doen om te ontspannen of om iets vol te houden. Kortom: ze neemt zichzelf mee de bevalling in. En dat is waardevolle informatie. Daarnaast zijn de meeste zwangeren erg geïnteresseerd in alles wat met zwanger zijn en bevallen te maken heeft. Breed geïnformeerd worden maakt dat hun horizon vergroot wordt en dat ze goed passende keuzes kunnen maken.

Op eigen kracht de geboortewensen allemaal helder krijgen is voor de meeste zwangeren ondoenlijk. En dat is logisch. Een vragenlijstje of een boekje met suggesties zijn vaak ontoereikend. Het is sterk aan te bevelen om met een deskundige, ervaren, liefst neutrale persoon je wensen te bespreken. Een doula is daarvoor uitermate geschikt. Het is een vast onderdeel van haar aanbod. Geboortewensengesprekken met haar duren gemiddeld drie uur. En dat zijn intensieve uren. Alle aspecten van de bevalling komen aan de orde. Door in gesprek te gaan, kun je accenten leggen waar dat nodig is. Informeren waar blijkt dat er onvoldoende bekendheid is met de mogelijkheden. En bevestigen, bekrachtigen wat belangrijk is voor de zwangere en haar partner. Dit alles geeft een zeer solide basis voor de bevalling die gaat komen. De aanstaande ouders gaan met meer vertrouwen en zelfs met plezier de bevalling in. Dat deze voorbereiding z’n vruchten afwerpt, moge duidelijk zijn.

Haken en ogen
Soms gebruiken aanstaande ouders de geboortewensen als wapen in de strijd om de gewenste begeleiding te krijgen. En dat is jammer, want (machts)strijd is een enorme stoorzender. De toon die in de geboortewensen gebruikt wordt, is heel belangrijk. Dwingende, eisend opgestelde wensen zijn hiervan een voorbeeld. Wensen die te veel ingekleed zijn, missen ook hun doel, want die verdwijnen in de woordenbrij. Bovendien vraagt het veel van het geduld van de lezer. De kans dat de boodschap niet overkomt is groot.

Verloskundigen en gynaecologen gebruiken de geboortewensen nogal eens als een afstreeplijstje. Ze gaan puntsgewijs de wensen af en geven aan welke wel en welke niet volgens hen in te willigen zijn. Alsof het een lijst voor hen is: wat kan ik wel aanbieden en wat niet. De zwangere overhandigt dit document echter niet ter goedkeuring, maar als hulp voor de ander om sneller zicht te krijgen op de persoon die tegenover hem of haar zit.

Aanbevelingen voor het schrijven van de geboortewensen:

  • Schakel een liefst neutraal persoon in, die in gesprekken met de zwangere én partner helder krijgt wat hun wensen ten aanzien van hun bevalling zijn. Een doula is daar uitermate geschikt voor. Het is een onderdeel van haar werk en ze heeft er veel ervaring mee
  • Voor de schrijver: luister goed naar de vrouw en haar partner, leer haar kennen! Luister zonder beperkingen in het achterhoofd. Angst is een enorme stoorzender in de communicatie.
  • De toon van de geboortewensen is belangrijk. Niet dwingend of vragend, maar aangeven zoals het is. Doel: openend en verbindend.
  • Lengte: niet te lang. Maak een uitgebreide versie voor de zwangere en partner zelf. En een verkorte versie voor verloskundige/gynaecoloog.
  • Het gaat niet om overtuigen, maar (helpen) begrijpen.
  • Neem de tijd voor het opstellen en laat ruimte voor veranderingen.
  • Benadruk het doel van de geboortewensen, zodat het document niet oneigenlijk gebruikt zal worden.

woensdag 3 juli 2013

De eerste keer

Een doula bij je eerste bevalling, ja, dat zou in de meeste gevallen ideaal zijn. Maar door omstandigheden komt het er dan vaak juist niet van. En dat is jammer!

Als onervaren aanstaande ouder denk je je natuurlijk goed voor te bereiden: je haalt wat boeken uit de bibliotheek, hoort verhalen van familie en vriendinnen aan en je gaat op zwangerschapsgym of -yoga. Als je een sterke maag hebt, kijk je naar bevallingsprogramma's op televisie. Misschien denk je na over hoe je het liefst zou bevallen, of je bent meer een 'ik zie wel'-type.

Zo deed ik het zelf ook, de eerste keer. Maar wat viel het me tegen. Terugkijkend zou het met een doula erbij zo anders zijn geweest. Bijvoorbeeld in het ziekenhuis, toen mijn 'eigen' verloskundige (nou ja, ik had haar bij een controle één keer ontmoet) weg ging en ons daar achterliet bij een leger van vreemde verpleegkundigen, arts-assistenten en gynaecologen, die om de paar uur werden ingewisseld voor andere. Of in de lange uren dat we moesten afwachten of de weeën op gang zouden komen. Toen mijn man zo moe werd dat hij naar huis ging voor een slaapje. En toen ons door de gynaecoloog allerlei keuzes werden voorgelegd maar we geen idee hadden wat de consequenties daarvan waren - en of we eigenlijk wel iets te kiezen hadden. Met een doula erbij hadden we onze vragen kunnen stellen en ons gesteund gevoeld in plaats van overrompeld. Dat gevoel van 'overrompeld zijn' is na de bevalling nog lang bij me blijven hangen. Geen fijn begin van het moederschap.

Toen ik voor het eerst zwanger was, waren er nog nauwelijks doula's te vinden in Nederland. Maar ik kwam ook niet op de gedachte om er eentje te zoeken. Omdat ik geen idee had van wat me te wachten stond en wat mijn eigen rol daarin kon zijn. En zo gaat het met de meeste vrouwen die hun eerste kindje verwachten: het is vrijwel onmogelijk om een eerlijk beeld te krijgen van hoe het kan lopen. Dat heb je wel nodig om te beslissen of je het zonder doula aandurft!

Hoe is dit kennisprobleem op te lossen? Moeilijk. De boeken geven op zich wel informatie, maar zonder ervaring interpreteer je wat je leest toch op je eigen manier. De meeste mensen vertellen niet graag (eerlijke maar) 'enge verhalen' aan een zwangere vrouw; stress en angst wil je tijdens de zwangerschap liever vermijden. Of de verhalen die je hoort zijn juist zo gruwelijk dat je er alleen maar wanhopig van zou worden en je er dus voor afsluit.

Dat is voor mij een van de redenen geweest om Doula.nl op te richten en ook om aan dit Doulablog mee te werken. Zodat ik jullie, de lezers die voor het eerst een kindje verwachten, dit kan vertellen: denk er eens over om een doula bij je bevalling te vragen. Een eerste bevalling wordt tegenwoordig gezien als een 'risicobevalling', wat betekent dat je eerder naar het ziekenhuis moet en dat sneller tot medische ingrepen wordt overgegaan. Bereid je zelf ook voor op deze onzekere situatie door je te voorzien van continue emotionele ondersteuning. Ik durf best te stellen dat je daar nooit spijt van zult krijgen.

vrijdag 21 juni 2013

En het kind dan?

In de discussie over de keuzevrijheid/keuzerecht van de vrouw, die gelukkig steeds meer gevoerd wordt in Nederland, is een terugkerend thema ‘de rechten van het ongeboren kind’. Willeke heeft het in haar blog van 6 juni ‘keuzevrijheid van de bevalling in gevaar’ al genoemd, hier ga ik er graag verder op in. Niet specifiek op de (juridische) rechten van het kind, maar op de aannames die in zo’n uitspraak doorklinken.

Wat mij opvalt is dat het vooral mannen en met name mannelijke gynaecologen zijn die zich hier boos over maken (en nee, niet alle mannen en ook niet alle /alleen mannelijke gynaecologen). Ik chargeer misschien iets, maar gelukkig is een blog daarvoor…

Uit wat ik in het afgelopen jaar zoal gehoord heb, destilleer ik de volgende overtuigingen:
  1. De vrouw is egoïstisch als zij besluit (bijvoorbeeld) thuis te bevallen in plaats van de geadviseerde ziekenhuisbevalling. Daarbij wordt denigrerend gesteld dat deze zwangere ‘kaarslicht’ belangrijker vindt dan de gezondheid van haar baby.
  2. De vrouw kan de gevolgen van haar keuze niet overzien. ‘Wat als de baby overlijdt, dan zal de moeder spijt hebben van haar keuze’, is een vaak gehoord argument. Er wordt gesteld dat de vrouw geen goede (= rationele) afweging kan maken en dat zij denkt ‘het overkomt mij niet’.
  3. De vrouw mist de expertise om te weten of zij (bijvoorbeeld) een kindje in stuitligging kan baren, daar is de expertise van de dokter voor nodig (die heeft daar ervaring mee, de vrouw niet).
  4. De ‘arme baby’ kan zich niet verweren (tegen de ouders?), er is niemand die het voor de baby opneemt. Ervan uitgaande dat een overgrote meerderheid van de zwangeren wilsbekwaam is - dat wil zeggen niet psychotisch, zwakbegaafd of ernstig verslaafd - lijkt mij dit een bijzonder paternalistische manier van het benaderen van het ‘probleem’ - als het al een probleem is.
Ik stel hier het volgende ter overdenking tegenover, met in ons achterhoofd de wilsbekwame vrouw:

1. De egoïstische vrouw: de vrouw die welbewust en goed geïnformeerd keuzes maakt ten aanzien van haar bevalling, doet dat juist ook voor haar kind; het welzijn van het kind staat haar juist voor ogen. Zij weet dat wat goed voor haar is, dat wil zeggen: hóe zij bevalt, ook goed is voor haar kind. Wie dit niet (wil) gelooft, heeft wel een heel cynisch beeld van de vrouw/aanstaande moeder.

Ik wil hier graag Elselijn Kingma (professor in de filosofie en ethiek) citeren[1]:
Van bijna niemand in onze maatschappij wordt verwacht medische behandelingen te ondergaan voor het nut van een ander, en als mensen dat wel doen wordt het gezien als liefdadigheid en zelfopoffering. Het feit dat aanstaande moeders bijna zonder uitzondering tot zelfopoffering bereid zijn maakt hun acties niet minder liefdadig. Wij kunnen deze acties dus niet van hen eisen, zelfs niet uit naam van hun kinderen: de beslissing van een wilsbekwame aanstaande moeder over ingrijpen in haar bevalling moet daarom altijd gerespecteerd worden.
2. Het overzien van de gevolgen van je keuze: vrouwen die weloverwogen een keuze maken, op basis van volledige informatie, maken hun eigen risico-afweging. Daarin wordt meegenomen: hoe (on)veilig is het ziekenhuis in mijn specifieke situatie?

De dokter denkt in getallen (cijfers zijn 'evidence based', dat wil zeggen: gebaseerd op grote aantallen, vaak in 'randomized controlled trials') – die getallen zeggen niets over individuele casussen.

De vrouw denkt per definitie vanuit haar eigen unieke situatie. Zij is zich er ook van bewust, dat er nooit een garantie op leven of gezondheid is, en neemt dit mee in haar overwegingen. Dit lijkt een moeilijk te verteren iets te zijn voor zorgverleners. Misschien omdat zij er zo op gericht zijn om de dood te voorkomen?

Er lijkt ook in door te schemeren dat een vrouw geen goed oordeel kan vormen omdat zijn niet ‘rationeel’ kiest – zij is ‘hormonaal’ en ‘emotioneel’. Dit wekt zoveel wrevel in mij op, dat is voor een andere blogpost…

Daarbij: wie draagt de grootste gevolgen van de dood van een baby? Dat zijn toch de ouders zelf? Niet de zorgverlener?

3. Expertise. De vrouw is expert over haar eigen lichaam. Zij weet in hoeverre zij in staat is om te voelen wat zij al dan niet aankan, en daarop haar keuze te baseren. Het lijkt voor veel zorgverleners een brug te ver om deze expertise te erkennen en te vertrouwen. Als je de intieme, accurate kennis van een vrouw over haar eigen lichaam afzet tegenover de veelal technologische, uitwendige controlemiddelen van de zorgverlener, waarop zouden we ons dan het beste kunnen verlaten?

4. De arme baby. Dit vind ikzelf het meest moeilijk te verteren. Welk beeld heeft de zorgverlener van de moeder, als deze werkelijk denkt dat een baby tegen z’n (wilsbekwame) moeder beschermd moet worden? En welk beeld heeft hij van zichzelf? Superman/Mega Mindy, die de baby redt van zijn gevaarlijke omgeving? En dan? Waar gaat de baby dan naartoe? Gaat ‘vadertje staat’ voor haar zorgen? Die baby moet toch nog steeds bij deze ouders opgroeien? Is het dan niet veel verstandiger om geen artificiële tegenstellingen te creëren tussen degenen die van elkaar afhankelijk zijn voor verzorging en liefde?

Ik denk dat als we ons bewust worden van onze (onbewuste) aannames we een stuk verder in de discussie zullen komen. Deze aannames zijn deels cultureel bepaald. We komen vanuit een paternalistisch verleden waaruit nog maar 100 jaar geleden een vrouw het stemrecht kreeg, en nog niet eens 60 jaar geleden dat een getrouwde vrouw haar handelingsbekwaamheid verloor als zij trouwde… We komen van ver, en we hebben nog een eind te gaan. Maar ik zie een hoopvolle toekomst, waarin de vrouw als krachtige, autonome en vrije vrouw in gelijkwaardigheid naast de man haar plek in de samenleving inneemt. Dit zal alle baby’s, kinderen en de hele samenleving ten goede komen.

Ik roep elke zorgverlener op om de vrouw vanuit gelijkwaardigheid en respect aan te spreken, juist als zij met keuzes komt die als extreem overkomen. Alleen op die manier kunnen wij onze toekomst vormgeven.

[1] Uit: ‘Wie beslist over de plaats van bevalling’, in Tijdschrift voor Gezondheidswetenschappen, 2012, nr 8

woensdag 12 juni 2013

Het verschil tussen een doula en een kraamverzorgende

Mijn bijdrage aan ons leuke doula-blog is deze keer een heel praktisch schrijfsel. Regelmatig kom ik vragen of opmerkingen tegen van kraamverzorgenden die zich afvragen of wij niet “in elkaars vaarwater zitten”.  Ik denk dat dat zeker niet zo is, vandaar dit stuk over “het verschil”.

Sinds 2006 bestaat in Nederland het beroep “doula”. Vanaf dat moment werd er vaak een vergelijking gemaakt met het werk van de kraamverzorgende. De kraamverzorgende helpt de verloskundige tijdens het laatste stuk van de bevalling. Zij verleent partusassistentie en daarna verzorgt zij de moeder en de baby in de kraamperiode. Een doula komt al tijdens de zwangerschap in beeld. Door de voorbereiding en de gesprekken die de aanstaande ouders tijdens de zwangerschap met de doula hebben, wordt een vertrouwensband opgebouwd. De zwangere gaat met zoveel meer vertrouwen in haar eigen kunnen de bevalling tegemoet, wat een grote waarde heeft.

Het blijkt steeds vaker dat er een diepe behoefte bestaat bij de barende vrouw om gebruik te kunnen maken van professionele continue ondersteuning, met alle positieve gevolgen die daarbij horen. Aan die behoefte geeft de doula gehoor. De laatste tijd gaan er steeds meer geluiden op dat kraamverzorgenden eerder in de ontsluitingsfase opgeroepen kunnen worden en dat zij extra getraind zijn om aanvullende taken te verrichten (al is er tot nu toe geen vaste afspraak dat een zwangere een beroep kan doen op deze extra ondersteuning). De rol van de doula is echter heel verschillend van die van de kraamverzorgende. 

De doula heeft uitgebreid gesproken met de ouders over de verwachtingen ten aanzien van de bevalling, hun wensen, ideeën, angsten en onzekerheden, zodat ze goed weet waar ze op moet letten tijdens de bevalling. De rol van de voorbereiding van de doula en het ontstaan van vertrouwen over en weer is zo belangrijk. Daarnaast is een doula goed opgeleid in het positief bevorderen van een natuurlijke bevalling. Ook na de kraamperiode blijft de doula vaak nog in contact met de ouders. 

Een kraamverzorgende komt als vreemde de bevalsituatie binnen en schat vanuit haar ervaring de situatie op dat moment in. Als een bevalling zich van thuis naar het ziekenhuis verplaatst, om wat voor reden dan ook, gaat over het algemeen de kraamverzorgster niet mee omdat het ziekenhuis de eigen kraamverpleegkundigen heeft. Als doula ga je altijd met de ouders mee, thuis, in het ziekenhuis en bij de eventuele overdracht aan de gynaecoloog. Ik vind het ook van grote waarde dat ik als doula de zwangere vrouw ken, weet hoe zij reageert en hoe zij is als zij niet aan het baren is. Ook de partner is voor mij zeker geen vreemde en ik weet hoe de ouders onderling op elkaar reageren.

Nog een punt van verschil: een doula zit niet vast aan een maximaal aantal te werken uren. Zij bepaalt haar eigen werktijd en geeft de garantie dat zij ook bij een langdurige bevalling constant aanwezig blijft. Zij is de persoon die de vrouw en haar partner zelf hebben uitgekozen, waarmee ze vertrouwd zijn geraakt en die hen op geen enkel moment in de steek zal laten. Juist deze continuïteit van aanwezigheid en aandacht geeft een veiliger gevoel tijdens de bevalling waardoor er o.a. minder complicaties optreden en minder vraag naar pijnstilling is.

Tijdens de persfase, als er volledige ontsluiting is, zal de kraamverzorgende de verloskundige assisteren. Ze zal al haar verzoeken inwilligen, haar dingen aangeven, spullen pakken voor haar, dingen klaarzetten en heen en weer lopen om hand- en span diensten te verrichten. De kraamverzorgende is goed ingespeeld op wat de verloskundige nodig heeft.  Zij kan daarbij niet haar constante aandacht aan de barende vrouw geven. Een doula blijft echter altijd aanwezig met aandacht en ondersteuning bij de vrouw en haar partner. Zij is goed ingespeeld op de beide ouders. Een doula is niet als eerste verantwoordelijk voor de hulp aan de verloskundige. Ondanks dat het lijkt alsof deze twee taken logisch in elkaar overlopen is er toch een groot verschil en een bepaalde tegenstrijdigheid. Toen ik zelf als doula bij een bevalling aanwezig was waarbij de kraamverzorgster er nog niet was tijdens de geboorte van de baby, voelde ik hoe ik in een spagaat terecht kwam. Natuurlijk help je de verloskundige dan, maar je focus is echt de moeder en haar partner en dat gaat op zo'n moment niet. Het voelt zowel voor de doula als voor de barende vrouw als een doorbreking van de doulataken. De kraamverzorgster werd dus echt door mij gemist! 

Zijn we niet allemaal bij elkaar om de geboorte een zo goed mogelijke ervaring te laten zijn voor de moeder en haar partner? Te helpen bij een goede, bekrachtigende geboorte ervaring, zodat zij ook als moeder op haar eigen kracht vertrouwt? Wij zorgen allemaal voor die oeroude en o zo belangrijke “circle of support” tijdens het moment van de geboorte van zowel een kind als een moeder. En daar heeft “iemands vaarwater” verder weinig mee te maken.  

“Birth is not only about making babies. Birth is about making mothers – strong, competent, capable mothers who trust themselves and know their inner strength.”  (Quote Barbara Katz Rothman)

Lieve groet, Marlies Phielix

donderdag 6 juni 2013

Keuzevrijheid bij de bevalling in gevaar!

Misschien heb je het artikel in de krant gelezen: de Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft drie verloskundigen voor de tuchtrechter gedaagd. Zij zouden onverantwoorde zorg hebben verleend aan barende vrouwen en buiten hun boekje zijn gegaan in hun verantwoordelijkheden. De uitspraak in deze zaak is van groot belang, want de keuzevrijheid van vrouwen over hoe & waar zij willen bevallen is ook in ons land in gevaar!

Wat is er gebeurd?
De drie verloskundigen hebben een stuitbevalling en twee keer een tweeling-geboorte bij mensen thuis begeleid. Volgens de richtlijnen kunnen deze bevallingen het beste in het ziekenhuis plaatsvinden, onder verantwoordelijkheid van de gynaecoloog, vanwege de verhoogde kans op complicaties. De aanstaande ouders die dit betrof waren door de verloskundigen goed geïnformeerd over mogelijke risico’s en hadden zélf de keus gemaakt om niet in het ziekenhuis te bevallen, maar thuis. De verloskundigen vonden het hun plicht om ook deze ouders hulp te bieden en hen niet in de steek te laten bij hun keus.

Het recht van de vrouw?
Mag je bevallen waar je wilt of moet je je conformeren aan de richtlijnen die zijn opgesteld tussen de beroepsgroepen (verloskundigen en gynaecologen) onderling? Het antwoord is klip en klaar: het is een mensenrecht van de vrouw om te beslissen hoe, waar en met wie zij bevalt. Waar gaan we naartoe wanneer een niet opgevolgde richtlijn leidt tot een zaak bij de tuchtrechter? Een richtlijn is immers geen wet. Een richtlijn is niets meer of minder dan een aanwijzing over het gedrag dat het beste gevolgd kan worden. Inherent hieraan is dat je een dergelijk aanwijzing ook naast je neer mag leggen. Het verheffen van een richtlijn tot wet is in strijd met het recht en zal een ontwikkeling in gang zetten die veel verder gaat dan je nu misschien kunt vermoeden. Er zijn namelijk heel veel richtlijnen in omloop en wanneer die ‘wet’ worden, zullen tijdens de zwangerschap en bevalling veel vrouwen gedwongen worden een voorgestelde behandeling te ondergaan waar zij nú nog een keuze hebben.

Waar ligt de grens?
De keuzevrijheid voor vrouwen is bij een bevalling met een medische indicatie nu al bijzonder beperkt. Onder de noemer ‘richtlijn’ en ‘ziekenhuisprotocol’ schikken veel vrouwen zich in voorgestelde behandelingen en interventies waarin zij feitelijk een keuze hebben. Die keus wordt alleen niet als zodanig benoemd. Neem als voorbeeld de oxytocine-injectie die in ziekenhuizen vrijwel standaard wordt gegeven aan een vrouw direct na de bevalling. Op die manier wordt de geboorte van de placenta gestimuleerd, zonder dat daar altijd een medische reden voor is. De vrouw wordt niet om toestemming gevraagd, terwijl zij die feitelijk wél dient te geven. Er wordt immers iets geïnjecteerd in haar lichaam.

Nogmaals: waar ligt de grens?
Op dit moment vindt een groot percentage bevallingen van eerste kindjes plaats in het ziekenhuis, met een medische indicatie. Met de regelmaat van de klok gaan er stemmen op om als richtlijn te gaan aannemen dat deze bevallingen onder gynaecologische verantwoordelijkheid plaatsvinden. Let wel; dit is nog niet aan de hand, maar op het moment dat dit wel de richtlijn wordt, dan houdt dat dus feitelijk in dat je in het ziekenhuis moet bevallen van je eerste kind. De richtlijn is immers 'eigenlijk' een wet. En de verloskundige die het dan toch nog in haar hoofd haalt om een eerste bevalling thuis te begeleiden wordt voor de tuchtraad gedaagd zoals de drie verloskundigen nu. Met dat in het achterhoofd durf ik met zeker te stellen dat onze keuzevrijheid in gevaar is!

En het recht van het ongeboren kind?
Ouders kunnen wel graag willen bevallen wáár, met wie en op wat voor manier zij willen, maar wat als daarmee het risico voor letsel aan hun ongeboren kindje toeneemt? Het ongeboren kind heeft toch recht op een zo goed mogelijke start? In ieders ogen zal het antwoord op deze vraag 'JA' zijn. Maar je kunt je daarbij afvragen wat in het belang van het kind is. Wie verwoordt nu eigenlijk de stem van het kind in dit stadium? Ik betwijfel in hoge mate of de beste start voor een kind een zwaar gemedicaliseerde ziekenhuisbevalling is, waarbij tijdsdruk en protocollen een grote rol spelen en het respect voor de wensen van de barende veel minder van belang is.

Als we in de huidige situatie geen tegengas geven, maar meegaan in de richtlijnen zoals die er nu liggen, wie beslist er dan eigenlijk over de rechten het ongeboren kind? Niet de ouders, maar degenen die de richtlijnen hebben opgesteld. Zíj eigenen zich de stem van het ongeboren kind toe en lopen daarbij genadeloos heen over hen die bij dit alles centraal horen te staan: de ouders zelf.

Willeke Klerks,
doula & cursusleidster Samen Bevallen
Haarlem

NOTE: In Hongarije is verloskundige Ágnes Geréb gestraft en uit haar beroep gezet vanwege het begeleiden van thuisbevallingen. In Hongarije is in het ziekenhuis bevallen de richtlijn.

Kijk voor meer informatie over dit onderwerp ook eens op www.geboortebeweging.nl

dinsdag 4 juni 2013

De geboorte van een tweeling

Als een doula al onmisbaar is wanneer je 'heel gewoon' één kindje krijgt, dan is zij dat zeker bij de geboorte van een tweeling. Juist dan moeten alle zeilen bijgezet worden om de bevalling zo min mogelijk te medicaliseren en om ouders de kans te geven hun kindjes geboren te laten worden zoals zij dat graag willen. Hieronder het verhaal van de geboorte van Lotte en Sterre.

Anne en Pieter hebben al twee kinderen wanneer Anne voor de derde keer zwanger wordt. Hun oudste zoon is na een moeizame bevalling in het ziekenhuis geboren, de tweede zoon heel rustig thuis, zoals zij graag wilden. Dat hadden ze ook in hun hoofd voor de geboorte van hun derde kindje, maar het feit dat het een tweeling bleek te zijn, veranderde de zaak. Een tweeling-bevalling is altijd ziekenhuiswerk en de controle door de gynaecoloog is zelfs nóg intensiever dan in menige andere gecompliceerde situatie. En daarvan baalden Anne en Pieter stevig! Ze wilden het liefst helemáál geen gynaecologische bemoeienis, geen CTG-band om de buik, geen infuus, kortom: niets dat meestal standaard is bij de geboorte van een tweeling. Wat ze wél wilden was zo natuurlijk mogelijk bevallen, in hun eigen tempo én zittend op de baarkruk.
Stevige punten dus voor het geboorteplan! Ik beloof me sterk maken voor hun wensen en hoop daarbij ook op de welwillendheid van het medisch personeel. Dat is in deze situatie zeker van belang.

Niet lang daarna kondigt Anne's bevalling zich aan en haast ik me naar het ziekenhuis. Wanneer ik aankom, tref ik meteen de dienstdoende gynaecologe. Terwijl we samen naar de verloskamer lopen waar Anne en Pieter zich net hebben geïnstalleerd, geef ik haar een exemplaar van het geboorteplan. Ik zeg haar dat Anne's wensen hier en daar vragen om buiten de paden van de ziekenhuisprotocollen te treden, maar dat ik hoop dat ze er zoveel mogelijk in mee wil gaan. Deze binnenkomer slaat aan, want er wordt serieus notitie genomen van het geboorteplan.

In de verloskamer blijkt Anne al stevige weeën te hebben. Dit gaat niet lang duren, zie ik. Ik vraag de aanwezige arts-assistent direct of de baarkruk erbij mag komen en als hij voorzichtig mompelt dat dat niet gebruikelijk is bij een tweeling-geboorte, krijg ik er krachtige steun van Pieter bij. Hij eist dat de baarkruk nú gehaald wordt. Kijk, met zo'n vader erbij gaan we het zeker redden. Vervolgens zegt de assistent alvast een infuus aan te willen brengen voor je-weet-maar-nooit, maar ook dat wijzen Pieter en ik eensgezind af. Is er een medische noodzaak om dat nu te doen? Nee? Dan willen we dat niet.

Een half uurtje later mag Anne gaan persen, op de baarkruk. Al na tien minuten wordt Baby 1 geboren, een prachtig meisje. Anne wil even op bed bijkomen van de inspanningen en wachten op wat er verder gaat gebeuren. Baby 2 blijkt de tijd te willen nemen. Na een half uur zonder persweeën begint de gynaecologe wat zenuwachtig te worden en stelt ze voor toch een infuus te gaan inbrengen om de weeën krachtiger te maken. Weer vragen Pieter en ik naar de medische noodzaak. Is moeder nog okay? Ja! Gaat het met de baby goed? Ja! Geen reden dus om in te grijpen en we wachten gewoon af... Opeens voelt Anne het tweede kindje zakken in haar buik. "Nu!" roept ze en we helpen haar weer op de baarkruk. Drie persweeën later is ook Baby 2 gearriveerd. Nóg een mooi poppetje.

Wanneer Anne later aan het bijkomen is met de twee meisjes op haar borst en Pieter stralend naast haar, is ze supergelukkig. Ondanks dat ze in het ziekenhuis moest bevallen, is het gegaan zoals ze gewenst hadden. Het was een 'gewone' bevalling geweest, maar dan wel van een tweeling.

En natuurlijk was ik hier ook erg blij om. Het is niet de eenvoudigste taak voor een doula om de wensen die deze mensen hadden in deze situatie voor elkaar te krijgen. Maar met hulp van Pieter én de welwillendheid van de fijne gynaecologe was het helemaal in orde gekomen.

Willeke Klerks

woensdag 29 mei 2013

Wat als...


Je zorgen maken tijdens de zwangerschap: herkenbaar? Een eindeloze serie wat-als-vragen proberen vrouwen, liefst ’s nachts, zelf te beantwoorden. Het lijkt zo fijn om vooraf alles al te hebben uitgedacht. Als iets zich daar echter NIET voor leent, dan is het wel een bevalling! De meeste kindjes houden zich namelijk helemaal niet aan plan A, en liefst ook niet aan plan B. Bevallingen laten zich nu eenmaal niet plannen. 
Wat is het dan fijn om even te kunnen sparren met je doula!

Wat als de bevalling niet op tijd begint?
Weet dat slechts 5% van alle vrouwen op hun uitgerekende datum bevalt. Als jij dus eerder of later bevalt, betekent dat niet meer of minder dan dat jij bij die 95% hoort die het allemaal ook zo doen. Precies op tijd varieert van drie weken voor de uitgerekende datum tot twee weken daarna. Ik weet inmiddels dat kindjes vrijwel zonder uitzondering een heel handig moment kiezen om geboren te willen worden. Waarschijnlijk omdat ze voelen dat jij dan ook lekker ontspannen bent!

Wat als ik niet weet of het wel echt is begonnen?
Irritant hè, hoe iedereen altijd zegt dat je weeën heus wel zult herkennen zodra ze zijn begonnen. Alsof je daar wat aan hebt! Mijn lievelingstip is om dan lekker lang en lekker heet te gaan douchen. Ofwel ontspant het warme water zo, dat alles stopt. Ofwel ontspant het zo, dat alles vol doorzet. Hoe dan ook, jij bent daarna heerlijk ontspannen en weet bovendien waar je aan toe bent!

Wat als ik moet poepen tijdens de bevalling?
Het kind komt langs jouw darmkanaal en zal jou zodoende mogelijk wat ontlasting eruit laten persen. Maar het mooie van Moeder Natuur is dat ze heeft bedacht dat bevallingen vaak beginnen met een grote boodschap, gewoon privé, keurig op de wc. Wat er tijdens de bevalling eventueel nog moet worden geloosd is dus vaak miniem. Alle zorgverleners betrokken bij jouw bevalling kijken hier niet van op. Als we dat wel zouden doen, dan hadden we een ander vak moeten kiezen!

Wat als ik heel erg ga schelden of schreeuwen?
Iedereen kent wel een film met zo’n hysterische bevallings-scene, waarbij de partner helemaal stijf gescholden wordt. Je lacht er om, maar stiekem hoop je toch vooral dat je straks niet ook ineens zo uit je dak zal gaan tijdens de bevalling. Mijn ervaring is dat vrouwen enkel hoeven te schreeuwen als ze niet gehoord worden of zich niet gehoord voelen.

Wat als ik niet meteen van mijn kindje hou?
Het hele ontstaan van je kind is een delicaat samenspel van allerlei hormonen. Tijdens de bevalling is vooral het hormoon oxytocine rijkelijk aanwezig. Dit hormoon zorgt ervoor dat vrouwen een enorm geluksgevoel ervaren meteen na de geboorte en smoorverliefd worden op hun eigen kind. Ik beaam dan altijd heel stellig dat er inderdaad geen enkel ander kind net zo mooi, lief en goed gelukt is. Die oxytocine die rond zo’n kraambed waart, pik ik als doula namelijk ook graag op!

Wat als, wat als, wat als…?

Een doula beantwoordt al je vragen en kan je helpen concentreren op hoe je WEL zou willen bevallen. Immers: je zorgen maken is de verkeerde kant op fantaseren!