woensdag 1 april 2015

Pijn bij de bevalling - deel 1

Als je het over bevallen hebt, komt het onderwerp pijn hoe dan ook aan de orde. Het klinkt door in de bevalverhalen van je moeder, je zussen en je vriendinnen. Je leest er over in de bladen en op sociale media. Je verloskundige of gynaecoloog attendeert je erop via de vraag: “Wil je pijnstilling?” Kortom, je zou er bang van worden. Laat dat nu juist een van de veroorzakers van die pijn zijn… Doula Gonny Cappers vertelt over de lichamelijke kant van pijn in het eerste deel van deze serie blogs. Wat speelt er mee en wat kan een doula voor je doen?

Het lichaam: kind, hormonen en spieren

Laten we voorop stellen dat het lichaam van een vrouw erop gemaakt is om te baren. Een bevalling is een delicaat samenspel van hormonen, spieren, kind, gedachten en emoties. Verstoring op één van die gebieden kan pijn(ervaring) veroorzaken en verhogen. De doula kan helpen de (dreigende) verstoring te minimaliseren. Door te informeren en aanwezig te zijn voor en tijdens de bevalling.

Door informatie te geven over de werking van het ‘geboortelichaam’ ontstaat inzicht en vertrouwen bij de aanstaande ouders. Dat werkt stressverlagend en voorkomt pijnsensatie, of is in ieder geval pijnstillend. Een doula besteedt veel aandacht aan dit aspect in de voorbereiding.  Het is zinvol te weten hoe het lichaam werkt tijdens een baring. Want dan weet je ook wat dat proces verlicht en wat het verzwaart en pijnlijk maakt.

Tijdens de bevalling zet (waarschijnlijk, het is niet 100% bewezen) het kind in je baarmoeder de bevalling in gang. Je lichaam gaat hormonen afscheiden die de baarmoeder in beweging zet. Dat ervaar je als krampjes en weeën. Die spiersamentrekking van de baarmoeder heeft als effect dat je baarmoedermond zich opent. Spieren gaan zeer doen als je gespannen bent. Als je ontspant, ervaar je wel de kracht, maar doet het niet (ondraaglijk) zeer. Dus ontspannen zijn en vertrouwen hebben in de werking van je barende lichaam helpt enorm.

Het openen van je baarmoedermond gebeurt meestal niet lineair (dus een centimeter per uur), maar hortend en stotend. Op een bepaalde centimeter blijven hangen vraagt eigenlijk geen actie, maar geduld en rust. Je zit niet te presteren, maar bent geboorte aan het geven. En dat vraagt focus en concentratie en geen vast patroon in de tijd.

Het is niet voor niets als een lichaam tijdens de bevalling even rust neemt. Dan kunnen moeder en kind herstellen, nieuwe energie opdoen. Als het kindje niet optimaal ligt, heeft het de tijd om in de juiste houding te draaien. Volg de signalen van je eigen lichaam en daarmee het ritme van je geboortelichaam. Dan is de kans op een gezonde baring groot en de pijnbeleving het kleinst. De doula helpt om te (blijven) vertrouwen op de logische werking van het lichaam.



Het volgende deel gaat over de psychologische kanten van pijn bij de bevalling.